The store will not work correctly in the case when cookies are disabled.
Wij gebruiken cookies om uw ervaring beter te maken.Om te voldoen aan de cookie wetgeving, vragen we uw toestemming om de cookies te plaatsen. Meer informatie.
Poedels zijn de aller-leukste honden die er zijn. Dat gelooft U vast niet zomaar, maar als poedelbezitter sinds vele jaren kan ik dat alleen maar bevestigen. Poedels komen voor in 4 maten , tussen de 23 en 62 centimeter schouderhoogte en in 6 erkende en vele niet erkende kleuren, dus er is voor iedereen wel een poedel die aan de eisen van kleur en grootte voldoet. Bovendien hebben ze een heel bijzondere beharing die in allerlei vormen en stijlen geknipt kan worden en die niet zoals bij andere rassen 2x per jaar uitvalt, maar constant door en waarvan de uitvallende haren in de vacht blijven hangen, waardoor je er geen haar van op je meubels en vloeren vindt.
De consequentie daarvan is wel dat je de vacht regelmatig moet borstelen, om klitten te voorkomen. Verder zijn poedels superslim. Hun intelligentie is te vergelijken met een mens van 5 a 6 jaar oud.
Oorsprong van de Poedel
Het ras is al heel oud en waarschijnlijk in midden Europa ontstaan. Frankrijk is het land dat de standaard heeft
samengesteld, maar al heel vroeg kwamen er poedels voor in Duitsland en vooral ook in Rusland.
Poedels werden van origine als jachthonden op waterwild gebruikt. Om die reden werden de poedels ook geschoren, waarbij het hart en de longen en de gewrichten van de poten behaard werden gelaten en waarbij de rest werd kortgeschoren. Zo ontstond het zogenaamde leeuwentoilet. Dit wordt nog steeds gebruikt om poedels in te showen al zijn er intussen vele moderne en elegantere versies. De kleinere maatjes zoals de dwergen en de toy poedels waren van het begin af aan gezelschapshondjes, hoewel alle poedels aan elkaar verwant zijn , zodat ook de kleintjes niet vrij zijn van enige jachtpassie. Poedels zijn dus altijd honden geweest die dicht bij hun mensen leefden en daardoor zijn ze zeer verknocht aan hun baasjes. Eeuwenlang is geselecteerd op intelligentie en het vermogen om trucjes te leren en dat is te merken. Poedels blinken uit in vele soorten van hondensport. Ze zijn bijzonder makkelijk te trainen en door hun gemiddelde bouw en hun slimme karakter munten ze uit bij sporten als doggydance en behendigheid.
Uiterlijke Kenmerken
Zoals gezegd komen poedels voor in 4 groottes;
De toypoedel van 23 tot 28 centimeter schouderhoogte
De dwergpoedel van 28 tot 35 centimeter
De middenslagpoedel van 35 tot 45 centimeter
en als laatste de grote of standaard poedel van 45 tot 60 centimeter, met een uitloop voor mooie exemplaren tot 62 centimeter.
De erkende kleuren zijn: zwart, wit en bruin , ook wel de traditionele kleuren genoemd en de moderne kleuren zijn grijs, abrikoos en rood.
Erfelijke ziektes
Mocht u besluiten dat een poedel de hond voor u is, dan zijn er een aantal dingen waar u op moet letten bij de aanschaf. Hoewel het overgrote deel van de Nederlandse poedels heel gezond is kunnen er erfelijke problemen voorkomen. Al meer dan dertig jaar wordt door de meeste bij de poedelclub aangesloten fokkers gescreend op problemen en er is duidelijk vooruitgang geboekt. Maar toch zijn er nog een paar ziektes waar aan gewerkt wordt. Bij de drie kleine maten komt er een erfelijke oogziekte voor, genaamd Progressieve Retina Atrophie of afgekort; PRA. Deze vorm van erfelijke blindheid ontwikkelt zich zeer geleidelijk, waardoor eigenaren soms niet eens in de gaten hebben dat er iets mis is. Meestal begint het met nachtblindheid, maar uiteindelijk ziet de hond niets meer. Gelukkig bestaat er al een aantal jaren een DNA test voor deze ziekte. Goede fokkers zullen hiervan altijd gebruikt maken. Vraag dus altijd of de ouders hierop getest zijn. Het wordt ook wel de optigen test genoemd en minimaal één van de ouders moet genetisch vrij zijn. Als de fokker waar U een poedel wil kopen U niet de testuitslagen kan overleggen, koop er dan geen hond!
Er zijn nog wat andere problemen die bij poedels helaas wat vaker voorkomen. Bij de 3 kleinste maten gaat het dan vooral om pathella luxatie. Hierbij is de groef in het kniegewricht waar de knieschijf in rust, te ondiep, waardoor de knieschijf uit het gewricht kan schieten. Dit is pijnlijk voor de hond. Hoewel er geen DNA test is voor Pathella luxatie scheelt het wel dat er niet met ouderdieren met deze aandoening wordt gefokt. Dus ook hier naar de testuitslagen vragen. Het is geen garantie, dat de pups het niet krijgen, maar de kans is veel kleiner.
De grote poedels hebben gelukkig geen last van deze dingen, maar dat wil niet zeggen dat zij geen problemen kunnen hebben. Grote poedels moeten ook gecontroleerd worden op oogziektes. En op heupdysplasie. Gelukkig komt dat heel weinig voor. Een andere aandoening, die we nog wel eens zien bij grote poedels, zijn maagtorsies bij oudere poedels.
Opvoeding & Gezondheid
Dus als U een poedel aanschaft is de gezondheid van de ouders zeker iets om naar te kijken. Verder heeft een poedelpup geestelijk een goede start nodig, waarbij hij goed gesocialiseerd is. Poedelpups die in de huiskamer opgroeien met mensen en eventueel andere huisdieren zijn het meest geschikt.
Ga zo snel mogelijk met uw poedelpupje naar een gehoorzaamheidscursus, zeker als U geen ervaring heeft met het opvoeden van honden. U zult merken dat uw poedelpupje zonder al te veel moeite de beste van zijn klasje kan worden.
Begin ook vanaf de eerste dag met borstelen. Bij de fokker is de pup vaak al enige malen geschoren, gewassen en geföhnd en geknipt. Dit geeft U een voorsprong , omdat de hond al e.e.a. gewend is. Zorg at u het volhoudt om dit iedere dag even te doen. Uw trimster zal U uitermate dankbaar zijn.
Voor het onderhoud van een poedelvacht heeft U een poedelborstel nodig. Laat de fokker van uw hondje U even voordoen hoe het moet. Met lange halen over de vacht bereik je niet alle haren en kunnen er ondanks de goede bedoelingen toch klitten ontstaan. Het handigst is het om de hond te leren op zijn zij te gaan liggen. Op de grond of op een trimtafel. U duwt de haren dan met een hand naar boven terwijl U met uw andere hand de vacht onder de eerste hand uitborstelt. U kunt dan tussen de geborstelde en de ongeborstelde vacht naar de huid van de hond kijken. Zo weet u zeker dat alle haren uit de klit zijn.
Als een poedel zo ongeveer een jaar oud is gaat hij wisselen van puppy vacht naar volwassen vacht. In deze periode klit het haar veel sneller als daarvoor en daarna. Blijf borstelen en verlies niet de moed: Het gaat over!
Wilt u de hond zelf wassen, gebruik dan een speciale poedelshampoo en daarna een conditioner en zorg dat U de hond super droog föhnt. Borstelen terwijl U föhnt vraagt enige oefening, maar het resultaat is dan een prachtige pluisvacht
zonder krullen, die in elk gewenst model geknipt kan worden. Met de huidige shampoos is het mogelijk de poedels heel regelmatig te wassen zonder de huid en vacht uit te drogen. Showhonden gaan wel eens in de week in bad, zonder problemen. Kleine poedeltjes föhnen kan prima met een simpele hand föhn, maar voor een grote poedel is een waterblazer ideaal!
Oren, tandjes en nagels moeten eens in de twee weken even nagekeken worden en eventueel behandeld. De haren die in de oren groeien kunt u makkelijk eruit trekken met behulp van een snuifje oorpoeder. Dit maakt de haren stroef en dat maakt het makkelijker om ze te verwijderen. Als er bruine smurrie in de oortjes zit , is een oor-cleaner nodig en als dat niet helpt is een bezoekje aan de dierenarts noodzakelijk. Ook hier geldt echter : voorkomen is beter als genezen. Als er geen haar in de gehoorgangen zit kan er ook niks gaan broeien onder in de oren en krijgen bacteriën geen kans.
Als u iedere veertien dagen de puntjes van de nagels knipt blijven ze altijd mooi kort. Dit komt de stand van de voeten ten goede. Vooral bij zwarte poedels moet u opletten dat de nagels niet “raar”gaan groeien. Verschrompelde of afbrokkelen de nagels moeten altijd door een dierenarts gezien worden.
Bij het gebit moet u in eerste instantie kijken of alles goed wisselt en daarna moet er tweewekelijks op tandsteen gecontroleerd worden. Als er bij de randen van het tandvlees een bruine of gele afzetting gevormd wordt kunt u een tandsteenkrabbertje gebruiken om dat te verwijderen. Zo voortkomt u dat het tandvlees gaat ontsteken, wat voor nare aandoeningen aan bijvoorbeeld het hart kan zorgen.
Kortom, poedels hebben een bewerkelijke vacht, maar als je daar weinig zin hebt dan laat je hem gewoon kort scheren, maar ze zijn zooooo leuk dat er zelfs sprake kan zijn van een zeer besmettelijke aandoening bij de eigenaren. MPS! En dat staat natuurlijk voor Multiple Poodle Syndrome! "T is maar dat u het weet.